Het belang van bomen

Bomen zijn de filters van ons vervuilende maatschappelijke industriële systeem. Ze houden fijn stof vast, afkomstig van allerhande uitlaatgassen en laten het bij regenbuien naar de grond vloeien.

Ze filteren koolstofdioxide uit de lucht, zetten deze vast in het hout en geven zuurstof vrij.             

Bomen zijn dan ook van groot belang voor onze luchtkwaliteit. De bladeren houden bij regen een deel van het water vast en verdampen dit na de regenbui waardoor er minder snel wateroverlast optreedt. Het wortelgestel houdt de bovenste grondlaag bijeen en zorgt voor een grote wateropname zodat er geen irrigatie optreedt. 

Bomen houden met hun bladerdek het direct zonlicht tegen zodat overtollige verdamping en uitdroging van de bodem voorkomen worden.

Bomen bieden schaduw aan mens en dier op warme dagen.

Bomen vormen een geluidsbarrière langs drukke banen en wegen.

Bomen creëren een rustgevende sfeer en hebben een grote esthetische waarde.

Bomen zorgen voor een enorme biodiversiteit en geven beschutting en voedsel aan heel wat dieren.

Vogels bouwen er hun nest, insecten leven van de bladeren of het hout, eekhoorntjes eten hun vruchten en zaden, …