Herkomst en geschiedenis van de aardappel

Geschiedenis van de aardappel

Herkomst van de aardappel: Ontdekking door de Spanjaarden


De aardappel wordt in onze volksmond patat genoemd. Dit woord patat komt van het Spaanse woord "batata" en van het woord "papa" in het Quecha (taal van de Inca's). De oorsprong van aardappel is zoals je al kon raden Zuid-Amerikaans.

De aardappel werd al gedurende vele eeuwen in het Andesgebergte gekweekt op plaatsen die niet geschikt waren voor maïs en bonen. Het waren de Spaanse ontdekkingsreizigers die de aardappel daar ontdekte en in de 16de eeuw meebrachten naar Europa. De aardappel was niet meteen populair bij ons. Het was voedsel dat men enkel in noodsituaties at. Maar langzamerhand kwam er wel meer belangstelling voor de aardappelplant. Tegen 1650 was de aardappel overal in Europa bekend.

Herkomst en verspreiding van de aardappel

De verdere verspreiding van de aardappel


De verspreiding ging verder en tegen het einde van de 17de eeuw werd dit gewas ook al in India, China, Japan en Noord-Amerika geteeld.

Aangezien de aardappel toen nog niet zo populair was als vandaag de dag werd het vooral als voeder in de veeteelt gebruikt.

Ook werd het een duivelsplant genoemd en raadde de kerk het af om er van te eten aangezien deze plant niet in de bijbel vermeld werd. En verder werd er ook gezegd dat aardappels lepra veroorzaakten aangezien de knollen op handen van leprapatiënten gelijken.

Aardappelen werden populair


Tijdens de industriele revolutie werden aardappels populairder aangezien deze gemakkelijk te telen waren. Iedereen kon aardappels in hun tuin verbouwen.
Doordat de aardappel populair werd had deze een grote invloed op het bevolkingsaantal dat snel toenam gedurende deze periode.

De echte doorbraak kwam er toen de Fransman Antoine Augustin Parmentier de aardappel op tafel zette bij de Franse aristocratie. Hij slaagde er in om een aardappelgerecht op het verjaardagsbanket van Lodewijk de 16de te zetten. Plots vonden invloedrijke mensen de aardappel ook heel lekker.

Ierse aardappelziekte


In Ierland heeft men in de 19de eeuw een harde les gekregen dat monocultuur heel gevaarlijk kan zijn. De Ieren waren al heel snel aardappelaanhangers maar in tussen 1845 en 1852 stierf 25% van de Ierse bevolking doordat de aardappeloogst mislukte.

Deze oogst was mislukt door de aardappelziekte die ook wel Phytophthora infestans genoemd wordt. Dit is een schimmel die via de wind overgedragen kan worden. De aardappelplant krijgt dan bruine vlekken en sterft af.

De aardappel vandaag


Later werd de aardappel door Europese emigranten terug naar Amerika gebracht. De aardappel werd steeds populairder en er kwamen steeds nieuwe varieteiten te voorschijn. De veredeling van de aardappel vond vooral plaats in de 20ste eeuw en vandaag de dag zijn er tal van aardappelrassen. De aardappel wordt echt overal gekweekt: van de tropen tot hoog in het Noordelijk halfrond. Dit doordat de aardappel zeer zuinig omspringt met water en daardoor heel gemakkelijk te telen is.

China en India vertegenwoordigen al een derde van de wereldproductie en na zijn reeds mooie geschiedenis ziet de toekomst van de aardappel er rooskleurig uit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten